Het DAB logo.

Digital Audio Broadcasting

Digital Audio Broadcasting (DAB) is de digitale opvolger van de analoge radio, die zowel geschikt is voor aardse zenders (T-DAB), satellietomroep (S-DAB) als de kabel. Het is een Europese ontwikkeling vanuit het Eureka project en is vastgelegd in ETSI-standaarden. DAB kan ook worden gebruikt voor navigatie op basis van actuele verkeersgegevens.

In tegenstelling tot analoge radio worden bij DAB in één keer een aantal programma's tegelijkertijd verspreid. Een dergelijke multiplex kan verschillende diensten omvatten. Alhoewel DAB in eerste instantie voor radio is ontworpen, kunnen hiermee ook andere diensten worden aangeboden.

Afhankelijk van de gewenste kwaliteit en het soort programma (muziek of spraak) wordt een audio-signaal gecomprimeerd tot een bitstroom variërend van 8 kbit/s tot 384 kbit/s. Voor de audiocompressie werd in eerste instantie gebruik gemaakt van Musicam (MP2), het oudere broertje van MP3. De gebruikte bitsnelheid voor DAB is daarbij doorgaans 128, 160 of 192 kbit/s. MP2 Audio op 128 kbit/s geeft een hoorbaar kwaliteitsverlies ten opzichte van analoge FM radio. Met MP2 audio is het mogelijk om 5 aacute; 6 stereo audio muziekprogramma's van hoge kwaliteit tot wel 20 mono programma's van beperkte kwaliteit per multiplex te verzenden.

De opvolger DAB+ is een doorontwikkeling van DAB waarbij muziek efficiënter wordt gecomprimeerd, zodat er meer radioprogramma's kunnen worden aangeboden. Daarnaast is de foutcorrectie verbeterd waardoor de geluidskwaliteit bij een minder goede ontvangst wordt verbeterd. Bij DAB+ wordt gebruik gemaakt van MPEG 4 Advanced Audio Coding versie 2 (HE-AACv2 beter bekend onder de naam AAC+ ).Bij DAB+ wordt meestal gebruik gemaakt van 48 kbit/s voor spraak, en 64 of 96 kbit/s voor muziek. De kwaliteit is dan vergelijkbaar met de oude MP2 compressie op 160 tot 192 kbit/s van DAB. Om DAB+ te kunnen ontvangen is wel een (nieuwe) daarvoor geschikte radio nodig.

Tezamen met het audio-programma is er ruimte voor Programme Associated Data (PAD). Het betreft informatie over het uitgezonden lied, het telefoonnummer bij spelletjes e.d.. De ruimte voor PAD gaat evenwel ten koste van de voor het audio-programma gereserveerde bitsstroom. De ruimte die PAD inneemt is variabel maar is minimaal 667 bit/s.

Een al wat oudere DAB autoradio van Sony. Deze werkt nog met een losse DAB radio. Om het afstemmen op een programma te vergemakkelijken wordt er Service Information (SI) meegezonden. Dit is informatie over de verschillende programma's die in de multiplex of in een andere multiplex worden verzonden. Dit maakt het mogelijk om bij een DAB-radio af te stemmen door uit een lijst met stationnamen te kiezen.

Naast PAD kan er ook ruimte worden vrijgemaakt voor een volledige datadienst. Hierbij kan worden gedacht aan heel uiteenlopende toepassingen als het versturen van route-informatie, verkeersinformatie, een krant of zelfs video. Door gebruik te maken van voorwaardelijke toegang (Conditional Access) kan de datadienst alleen beschikbaar worden gemaakt voor abonnees. Klik hier voor een groter plaatje.

Omdat er met name via de autoradio naar aardse radiozenders wordt geluisterd, is T-DAB geoptimaliseerd voor ontvangst in een rijdend voertuig. De data-overdracht die met DAB mogelijk is, kan goed gebruikt worden voor regionale verkeersinformatie, plaatselijke weerberichten en dergelijke.

DAB maakt efficiënter gebruik van het frequentiespectrum dan FM-radio. Bij DAB is het mogelijk om de verschillende zenders die nodig zijn om een gebied te bedekken, van dezelfde frequentie gebruik te laten maken. Voorwaarde daarbij is dat de zenders niet te ver van elkaar verwijderd zijn. Een dergelijk Single Frequency Network maakt het mogelijk om het verzorgingsgebied naar believen uit te breiden.




Lees verder
« Terug



Terug naar boven.

 
© Peter Anker, Gids in Frequentieland.