Voor het versturen van de informatie wordt gebruik gemaakt van de standaard GSM tijdsloten. Doordat er nu per pakket ook een bestemming meegegeven moet worden (het IP-adres) is er netto een lagere bitsnelheid mogelijk. De datasnelheid kan worden vergroot door de foutcorrectie te verminderen. Hiervoor zijn 4 mogelijkheden gedefinieerd:
- CS1: 9,05 kbit/s
- CS2: 13,4 kbit/s
- CS3: 15,6 kbit/s
- CS4: 21,4 kbit/s
Ook is het mogelijk om meer dan één tijdslot te gebruiken. Theoretisch is hiermee een maximale snelheid mogelijk van 8 * 21,4 = 171,2 kbit/s. In de praktijk zal deze snelheid nooit gehaald worden. De meeste operators beperken zich, vanwege de foutgevoeligheid van de radioverbinding, tot CS1 en CS2, hoewel de meeste GPRS-producten ook CS3 en CS4 ondersteunen.
Verder zijn er verschillende klassen gedefinieerd waarin is vastgelegd hoeveel tijdsloten er maximaal voor zenden en ontvangen kunnen worden gebruikt. Bijvoorbeeld:
Klasse 8: zenden - 1 , ontvangen - 4,
Klasse 10: zenden - 1, ontvangen - 3, zend/ontvang - 1,
Op deze manier is voor klasse 10 de zendsnelheid 13,4 - 26,8 kbit/s en de ontvangsnelheid 40,3 - 53,6 kbit/s (bij CS2). In de praktijk zal de waarde nog iets lager liggen door verliezen. Dit verlies wordt voor CS2 geschat op ruwweg 10%.
De veelgenoemde waarde van 115 kbit/s is niet meer dan een streefwaarde, die is gebaseerd op de theoretisch maximale snelheid van HSCSD en de maximale communicatiesnelheid van een PC met een seriële modem.
Naast de verschillende klassen voor het gebruik van tijdsloten. zijn er nog 3 soorten toestellen:
- Gelijktijdig spraak en data
- Afwisseld spraak- of data
- Keuze bij aanzetten: spraak of dataterminal
Het is relatief eenvoudig om bestaande mobiele netwerken aan te passen voor GPRS. Twee belangrijke toevoegingen zijn de Serving GPRS Support Node (SGSN) en de Gateway GPRS Support Node (GGSN). Deze zorgen voor de verwerking van het pakketgeschakelde GPRS dataverkeer. De SGSN draagt onder andere zorg voor informatie voor betaling via je mobiele telefoon, terwijl de GGSN als een verbinding werkt tussen het GPRS netwerk en andere netwerken, waaronder het Internet. Het basisstation hoeft alleen softwarematig te worden aangepast.
|